We gaan niet erg efficiënt om met ons landelijk gebied, menen Pieter Winsemius en Rudy Rabbinge. De problemen die daarmee gepaard gaan, zoals milieuvervuiling en verschraling van de natuur en van de landschappelijke kwaliteit, lossen we niet op met pleisters plakken in de vorm van nog meer regels en richtlijnen. Volgens de auteurs moeten we de komende dertig jaar de kaart van Nederland opnieuw inkleuren.
Auteur: Pieter Winsemius en Rudy Rabbinge
Een gedachtenexperiment: Neem de kaart van Nederland en kleur al het landelijk gebied grijs. Met de dobbelsteen bepalen we vervolgens waar we welke maatschappelijke functies gaan vervullen, uiteenlopend van akkerbouw en veehouderij tot natuur en recreatie. Het is zeer onwaarschijnlijk dat een dergelijke benadering tot een optimale invulling leidt van het landelijk gebied. Diezelfde grijze kaart kunnen we inkleuren met de huidige, historisch bepaalde functies, bijvoorbeeld roze voor landbouw en groenig voor natuur. Hoewel het landelijk gebied veelvuldig op de schop is gegaan door ruilverkaveling, landinrichting, inpoldering en schaalvergroting, is het ook in dit geval onwaarschijnlijk dat de inrichting optimaal is. Nog los van het feit dat zowel het ‘roze’ als het ‘groenige’ gebied wordt besmet met maatschappelijke nevenactiviteiten en spelregels die een optimale landbouw of een optimale ecologische kwaliteit in de weg zitten.