Ruth DeFries krijgt eredoctoraat aan KU Leuven

Ruth DeFries krijgt eredoctoraat aan KU Leuven

Ruth DeFries,  professor ecologie en duurzame ontwikkeling aan de Columbia University in New York en mede-opsteller  van het Ecomodernistisch Manifest, krijgt een eredoctoraat van de Faculteit Wetenschappen van de KU Leuven.

Professor Nicole Van Lipzig, promotor van het eredoctoraat, prijst het werk van DeFries op het gebied van duurzame ontwikkeling. “Het aardoppervlak verandert onvermijdelijk door de noodzaak om zes (sic) miljard mensen voedsel, water en onderdak te bieden”, zegt Van Lipzig. “We moeten voortdurend afwegingen maken tussen de kortetermijnnoden van de mens en de langetermijnnood om de capaciteit van de biosfeer te handhaven. Ruth DeFries levert met haar onderzoek een cruciale bijdrage aan de wetenschappelijke kennis die nodig is om de juiste keuzes te maken.”

Ondanks de grote uitdagingen verliest DeFries nooit haar optimisme, meldt KU Leuven in een persbericht. “In haar werk laat ze zien hoe de mens in zijn geschiedenis steeds weer crises wist te overwinnen door creativiteit en innovatie, en dat ook blijft doen”, stelt Peter Lievens, decaan van de Faculteit Wetenschappen. “Die positieve kijk kan onze studenten zeker inspireren.”

In 2015 nam DeFries in Sausalito, nabij San Francisco, de  Breakthrough Paradigm Award in ontvangst vanwege haar inspanningen om “een positieve visie op de toekomst te schetsen”. Deze prijs wordt jaarlijks uitgereikt door het Breakthrough Institute, dé denktank rondom het ecomodernisme. We spraken daar met DeFries over het boek dat zij juist had geschreven,  The big ratchet: How humanity thrives in the face of natural crisis.

Waarnaar verwijst de “ratchet” uit de titel van uw boek?

DeFries: “Die verwijst naar de afgelopen 50 jaar, een periode waarin zoveel beperkingen voor de landbouwproductie werden weggenomen. Dankzij de fossiele brandstoffen beschikten we over een overvloed aan goedkope energie. We konden stikstofverbindingen maken met lucht. We boekten enorme vooruitgang op het gebied van irrigatie, met als gevolg dat de mensheid in staat werd gesteld om meer voedsel per hoofd van de bevolking te produceren dan ooit tevoren, ondanks de enorme bevolkingsgroei. Dat is ongelooflijk. Het is een niet te weerleggen overwinning van inventiviteit.”

Ah, het is dus een vrolijk verhaal dat gaat over de vooruitgang die we hebben geboekt?

“Nee, dat is niet het hele verhaal. Wij mensen volgen een patroon, waarbij wij met onze inventiviteit deze planeet zo inrichten dat er meer voedsel kan worden geproduceerd. Dit leidt echter ook tot nieuwe problemen. Die problemen leiden dan weer tot nieuwe oplossingen et cetera. Het is een cyclus die zich keer op keer herhaalt.”

En wat is volgens u het probleem waarmee we nu kampen?

“Voor het eerst ontstaan onze problemen  niet door gebrek, maar door overvloed. Zo zijn er vandaag meer mensen die te kampen hebben met overgewicht of obesitas, dan met ondervoeding – en het verschil wordt steeds groter. Klimaatproblemen zijn een gevolg van een overvloed aan broeikasgassen. Het wegspoelen van stikstof is een fenomeen dat ontstaat door overvloed. De aard van de problemen die nu spelen is veranderd, maar het patroon is hetzelfde gebleven.”

Denkt u dat we grenzen moeten stellen om een halt toe te roepen aan de huidige problemen die worden veroorzaakt door overvloed?

“Dat denk ik niet, al was het maar omdat er nog genoeg mensen op deze planeet rondlopen die wel honger hebben. Ik denk dat de huidige problemen vragen oproepen met betrekking tot de efficiëntie van productie: hoe efficiënt gebruiken we water, hoe efficiënt gebruiken we meststoffen et cetera.”

Wat zijn op dit moment de meest nijpende problemen met betrekking tot onze voedselproductie?

“Ten eerste is er een ongelijke verdeling van de overvloed waarover we beschikken. Ten tweede zien we dat er steeds meer vetten en suikers worden gebruikt, met als gevolg een toename van obesitas. Ten derde zien we de gevolgen voor het milieu, zoals het wegspoelen van stikstof en de uitstoot van broeikasgassen.”

Maakt u zich zorgen over het opraken van fosfaat, een eindige hulpbron die steeds schaarser wordt en die noodzakelijk is voor de productie van voedsel?

“Ja, fosfaat zorgt er inderdaad voor dat de grond vruchtbaar blijft en het wordt een steeds belangrijkere kwestie om die ergens vandaan te halen.”

Volgens de trend die u beschrijft in uw boek zal de oplossing wel komen.  

“Dat is inderdaad het patroon, maar ik wil hier wel voorzichtig zijn. Als je naar onze lange geschiedenis kijkt, lukte het ons altijd om een slimme oplossing te bedenken. Er is geen reden aan te nemen dat het patroon zich níet voortzet, maar er is óók geen garantie dat het wél het geval zal zijn. Laten we ook niet vergeten dat oplossingen niet altijd komen zoals je ze had bedoeld. Er bestaat geen strakke, rechte lijn die loopt van probleem naar oplossing. Vooruitgang  is een kronkelig en rommelig proces.”

Wat vindt u van de beweging die biologisch of lokaal geproduceerd voedsel ziet als een oplossing voor de problemen die worden veroorzaakt door onze industriële voedselproductie?

“Zij zijn goed bezig. Laten we alleen wel realistisch blijven: lokaal voedsel kan belangrijk zijn voor de economie in een plaatselijke gemeenschap, maar als je ervoor kiest om lokaal voedsel te eten om je ecologische voetafdruk drastisch te verkleinen, moet ik u  teleurstellen. Dat werkt niet, want slechts een klein percentage van de uitstoot van gassen vindt plaats bij de productie van voedsel. Biologische landbouw biedt grote voordelen omdat er geen pesticiden worden gebruikt, maar het vereist wel veel meer landbouwgrond.”

U bedoelt: de werkelijkheid is weerbarstiger dan de ideologie.

“Ja, ik weet dat het gemakkelijk is je te laten meevoeren door  een romantisch verhaal, maar de realiteit is vaak  ingewikkelder. Ik denk dat dat een belangrijke les is uit onze geschiedenis op het gebied van voedselproductie. Laten we deze belangrijke kwesties niet eenvoudiger voorspiegelen dan ze zijn. Er bestaat geen eenduidige oplossing voor alle problemen. Verschillende oplossingen werken in verschillende contexten. Maar we weten één ding: als menselijke soort zullen we altijd bezig blijven te experimenteren met de natuur.”

 

Tekst: Marco Visscher

Geplaatst in Blog.